Camiel Schouwenaar (midden achter) en zijn team zijn heel blij met het Gouden Kalf.
Camiel Schouwenaar (midden achter) en zijn team zijn heel blij met het Gouden Kalf.

'De kijker moet niet doorhebben dat de film 'Polska Warrior' bedacht is'

Camiel Schouwenaar was al eerder genomineerd voor een Gouden Kalf, maar toen bleef het bij een nominatie. Nu heeft hij er wel een gewonnen met zijn film 'Polska Warrior'.

MUIDERBERG Camiel Schouwenaar (47) heeft vorige week een Gouden Kalf gewonnen voor zijn film 'Polska Warrior' in de categorie Beste Korte Film.

Polska Warrior' gaat over het Poolse jongetje Eryk, dat de held is in een computerspel. Maar in het echte leven ziet niemand hem staan. Zijn dominante vader vindt dat hij te veel achter zijn laptop zit om te gamen, terwijl hij meer aandacht zou moeten geven aan zijn zwemlessen, want die betaalt papa immers. Dan moedigt zijn vriendinnetje Laura hem aan om zijn gameskills ook in het echte leven te gebruiken en dat pakt goed uit. Hij redt zijn vader, die heel trots op hem is.
In september werden de nominaties voor de Gouden Kalveren bekendgemaakt. "Dat betekent dat ik toch wel een aantal weken in spanning heb gezeten omdat er nog twee genomineerden waren." Het juryrapport spreekt van 'een 'aanstekelijke film vol emotie en relativering en een overtuigende proeve van vakmanschap'. Schouwenaar is trots. "Er zitten zo veel uren in de film. De film is gemaakt door twee bedrijven en die computergestuurde poppetjes zijn best bijzonder. Het Gouden Kalf is echt een kroon op ons werk." Schouwenaar vertelt dat het regisseren van een computer-geanimeerde film heel anders is dan het regisseren van een film met acteurs. "Je moet met animators aan de slag. Je bespreekt met die jongens hoe jij wilt dat het eruit moet zien. Zij maken eerst een storyboard en daarna volgen schetsen van elke take."

Poppetje

Schouwenaar maakte al eerder korte animatiefilmpjes, maar dit was zijn eerste verhalende animatie. "Ik moest nu een poppetje regisseren. En elke keer als ik een scène terugkreeg, zag ik weer iets dat anders moest. De hoofdpersoon moest zijn hand bijvoorbeeld anders houden, of niet zitten maar lopen. In eerste instantie beweegt alles houterig. Pas de laatste twee maanden komt alles bij elkaar." Hij vertelt dat het verhaal voor de film is bedacht door Christa der Graaf en Pepijn Moors. "Zij hadden het basisverhaal liggen, maar liepen vast. Ik was nieuwsgierig en toen ik het verhaal las, werd ik enthousiast. We zijn om tafel gaan zitten en samen met Christa en Pepijn heb ik het scenario voor de film geschreven."
Ook zocht Schouwenaar contact met een Belgische ontwerper. "We hadden natuurlijk een illustrator nodig. Ik kon me herinneren dat ik een paar jaar eerder een foto van het omslag van een van de Zwijssen-leesboekjes van mijn zoontje had gemaakt. De sfeer van het werk van die illustrator zocht ik voor deze film. Dus ik heb hem gebeld." Hij vertelt dat hij overal inspiratie uit haalt. "Of ik nu in mijn dorp loop of in de stad fiets, ik zie altijd bruikbare beelden. Het grappige van film maken, is dat je op een bepaald moment veel meer op je intuïtie durft te vertrouwen. Zeker als je al zo lang in het vak zit. Dan gaat het voor mijn gevoel soms bijna vanzelf. Voor mij is de kunst van een goede film maken dat de kijker niet doorheeft dat het bedacht is. Als ik denk 'dit voelt goed', dan is het voor de kijker ook goed."

Slapstick

Het filmen begon voor hem in zijn jeugd als 'leuk spelen'. "Mijn vader gaf video- en filmcursussen. Ik was wel een creatieve jongen, maar had nooit de droom om filmmaker te worden. Het is spelenderwijs ontstaan. Ik maakte toen ik een jaar of veertien was met een vriend slapstickfilmpjes en die vielen een paar jaar later in de smaak op de Filmacademie in Amsterdam, waarschijnlijk door de humor en spontaniteit. Het plezier dat wij hadden aan het maken van de filmpjes heeft ze geraakt."
Op de Filmacademie ontdekte Schouwenaar dat hij het liefst verhalen vertelt in een absurde fantasievorm met karakters die vreemd, maar menselijk zijn. "Toen deed ik dat met poppetjes van klei, nu doe ik dat door het gebruik van computeranimatie." Schouwenaar begon als regisseur bij het VPRO-kinderprogramma 'Villa Achterwerk'. "Als 22-jarige broekie kon ik daar het vak leren. Ik kon alles uitproberen en op mijn bek gaan zonder dat ik er op afgerekend werd. Dat was mijn geluk."

Het Poolse jongetje Eryk is de held in een computerspel

Pimpen

In 2001 werd hem gevraagd of hij het format van het kinderprogramma 'Huisje Boompje Beestje' van NOT/Teleac wilde pimpen. "Dat werd een succes. 'Presentator' Raaf is bekend bij veel kinderen. Onlangs sprak ik een vriendin uit het dorp. Zij geeft les aan vluchtelingen. Daarbij gebruikt ze afleveringen van 'Huisje Boompje Beestje' omdat het taalgebruik zo duidelijk en eenvoudig is." Hij vertelt dat zijn vrouw ook een creatieve baan heeft. "We zijn allebei dankbaar dat we het werk mogen doen dat we leuk vinden. Je moet wel een beetje kind blijven om dit werk te kunnen doen. Ik ben een doorgeefluik van beelden en verhalen. Het is hard werken, maar ik ervaar het als iets waarmee ik mezelf op kan tillen en waar ik blij van word. Ik heb een grote vrijheid in mijn werk. Dat is soms best moeilijk, want er is geen baas die zegt dat hij op een bepaald moment iets op zijn bureau wil hebben. Maar die vrijheid is voor mij ook een groot geluk."