De zogenaamde buurvrouw wist precies waar ze op uit was.
De zogenaamde buurvrouw wist precies waar ze op uit was.

'Denk je te helpen, word je beroofd van je spaargeld'

WEESP – Het zal je gebeuren: denk je een buurvrouw te helpen, blijkt achteraf dat zij je sleutels gestolen heeft en je spaargeld heeft meegenomen. Het overkwam een bewoner van de Sinnigvelderstraat. Vorige week werd een 80-jarige Weesper op klaarlichte dag slachtoffer van een brutale beroving in zijn appartement. Hij is er nog kapot van.

door Ruth van Kessel

In eerste instantie wilde de bewoner best met volledige naam in de krant zijn verhaal doen, maar na een weekend erover te hebben geslapen, ziet hij daar toch vanaf. Hij is nog steeds beduusd van wat hem is overkomen. Beduusd? Nee, eerder kwaad en nog volledig van de kaart. Hoe kon hem dit gebeuren? Hoe durft zo'n vrouw zomaar zijn huis binnen te dringen en hem een verhaal op de mouw te spelden? En hoe gaat dit aflopen? Met de gestolen sleutels heeft de vrouw zijn kluis geopend en duizenden euro's aan spaargeld meegenomen. Spaargeld waar hij zijn leven lang hard voor heeft gewerkt en dat hij bewaarde voor extraatjes en voor het geval er een huishoudelijk apparaat moet worden aangeschaft. Of voor - en gelukkig is het nog niet zover - als hij genoodzaakt is om aanpassingen in zijn huis te laten maken. Het lopen gaat immers steeds minder vlot en een mens moet zich toch voorbereiden op de toekomst? Hij dacht het geld veilig te hebben bewaard in drie kluizen. Nu piekert hij zich suf, vervangt de sloten in zijn huis en als hij beneden in de garagebox van de flat moet zijn, leent hij de sleutel van een buurvrouw. Een echte buurvrouw wel te verstaan. Ook zijn buren zijn geschrokken van zoveel brutaliteit.

Sigaretje roken
Op die bewuste dag staat de bejaarde man buiten op de galerij zijn sigaretje te roken. Dat doet hij altijd daar, want roken in huis vindt hij vies. Dan gaat de telefoon. De man loopt naar binnen, de voordeur blijft losjes op de haak. Tijdens het telefoneren zit hij met zijn rug naar de deur toegekeerd. Plotseling klinkt het: 'Ik ben uw buurvrouw van hierboven'. Zo introduceert de bezoekster zich. De bewoner schrikt op. 'Ik ken u niet', zegt hij. Haar antwoord dat ze nog maar net in de flat woont, nu een lekkage lijkt te hebben in de badkamer en vermoedt dat ze waterschade heeft veroorzaakt bij hem, haar onderbuurman, neemt hij voor waar aan. Hij leidt haar rond – er is niets aan de hand – en als de vrouw zegt 'ik kom er zelf wel uit' laat hij haar gaan. Pas dagen later, op eerste paasdag, ziet hij ineens iets liggen onder zijn bed: een opengebroken kluisje. Dan pas ontdekt hij dat er nog meer spullen weg zijn: zijn muntenverzameling die op de kast lag en al zijn sleutels. Zijn grote kluis in de slaapkamerkast lijkt ongeschonden. De opluchting is groot, totdat de man hem opent met een reservesleutel en de leegte hem aanstaart: al zijn spaargeld is verdwenen.

Slikken en stikken
?Later, met de politie, probeert hij te reconstrueren wat er is gebeurd. Was de vrouw dan niet alleen? Hij had haar toch steeds in het oog? Of was ze al veel langer in huis toen hij aan de telefoon was en had ze al voordat ze hem aansprak de boel leeggehaald? De politie stelt hem gerust: 'Aan u ligt het niet meneer. Of ze nu alleen zijn of met z'n tweeën, ze zijn heel geraffineerd. Het gebeurt waar je bij staat, vlak onder je neus halen ze je spullen tevoorschijn en nemen het mee. Daar kan een gewoon mens niet bij.' Voor het slachtoffer is het slikken. En stikken.